Contact |
Intersectorale toegangspoort - Jeugdhulpregie
Van de 11.828 kinderen en jongeren voor wie in 2017 een indicatiestellingsverslag is afgeleverd, zijn er 11.554 in regie gekomen. Het verschil heeft te maken met indicatiestellingsverslagen die o.a. enkel rechtstreeks toegankelijke typemodules bevatten of hulp buiten het toepassingsgebied integrale jeugdhulp. In dat geval komen deze hulpvragen niet in regie.
Nieuwe hulpvragen
Van de 11.554 kinderen en jongeren die in 2017 in regie komen, zijn er 10.656 die een nieuwe hulpvraag stellen. Het verschil tussen de indicatiestellingsverslagen die in regie komen en nieuwe hulpvragen is te verklaren door o.a. minderjarigen voor wie een verlenging van de hulp wordt aangevraagd. Ten opzichte van 2016 stijgt het aantal nieuwe hulpvragen lichtjes (+3,8%).
Onderstaande tabel maakt per sector een onderscheid tussen:
- vragen voor ondersteuning door een voorziening (NRTJ);
- vragen voor bijstand, zoals de specifieke actie, doventolken, individuele materiële bijstand en de vergoeding van verblijfs- en verplaatsingskosten voor minderjarigen met een handicap in het gewoon onderwijs;
- vragen voor persoonlijke assistentie voor minderjarigen met een handicap (PAB).
Tabel: Nieuwe hulpvragen
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant | West-Vlaanderen | Totaal | %* | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
BJB | NRTJ voorziening | 2.003 | 752 | 1.414 | 942 | 1.200 | 6.308 | 59,20% |
Specifieke acties | 173 | 265 | 274 | 153 | 385 | 1.250 | 11,70% | |
Totaal BJB | 2.143 | 984 | 1.639 | 1.060 | 1.531 | 7.354 | 69,00% | |
Totaal K&G | 212 | 76 | 165 | 96 | 154 | 703 | 6,60% | |
Totaal onderwijs | 21 | 7 | 34 | 13 | 147 | 222 | 2,10% | |
VAPH | Doventolken | 2 | 1 | 1 | 0 | 1 | 5 | 0,00% |
Individuele materiële bijstand | 285 | 147 | 195 | 137 | 231 | 995 | 9,30% | |
NRTJ voorziening | 1.193 | 530 | 928 | 506 | 880 | 4.036 | 37,90% | |
Persoonlijke assistentie voor minderjarigen met een handicap (PAB) | 88 | 119 | 84 | 55 | 34 | 380 | 3,60% | |
Verblijfs- en verplaatsingskosten voor minderjarigen met een handicap in het gewoon onderwijs | 6 | 1 | 2 | 2 | 2 | 13 | 0,10% | |
Totaal VAPH | 1.346 | 688 | 1.051 | 593 | 981 | 4.658 | 43,70% | |
Eindtotaal | 3.064 | 1.525 | 2.389 | 1.471 | 2.211 | 10.656 | ||
%* | 28,80% | 14,30% | 22,40% | 13,80% | 20,70% |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
Het merendeel van de nieuwe hulpvragen betreft een aanvraag naar ondersteuning door een voorziening (NRTJ): 9.107 kinderen en jongeren. Dat is iets minder dan in 2016 (-3,2%). De stijging van het totale aantal hulpvragen is te verklaren door een stijging van het aantal vragen naar bijstand en persoonlijke assistentie. De toename van specifieke actie en individuele materiële bijstand is vooral te verklaren door een vernieuwde manier van registreren. Daarnaast zijn er meer vragen naar persoonlijke assistentie (+41,3%). Een aantal kinderen en jongeren heractiveert hun hulpvraag wat deze toename verklaart.
Onderstaande tabel bevat de nieuwe hulpvragen voor ondersteuning door een voorziening (NRTJ) opgesplitst naar sector en typemodule. De daling in het aantal kinderen en jongeren met een nieuwe hulpvraag is vooral zichtbaar voor het verblijfsaanbod BJB, zowel pleegzorg als residentieel verblijf (-11,5%), en wordt gecompenseerd door een toename in de sectoren Kind en Gezin (+10,4%) en VAPH (+7,5%). Bekijk de regionale cijfers over de nieuwe hulpvragen voor voorzieningen NRTJ naar typemodule.
Tabel: Nieuwe hulpvragen NRTJ in voorzieningen
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Vlaanderen | Totaal | %* | ||
---|---|---|---|---|
BJB | Begeleiding | Contextbegeleiding in functie van autonoom wonen | 1.207 | 13,30% |
Contextbegeleiding kortdurend intensief | 657 | 7,20% | ||
Totaal begeleiding | 1.770 | 19,40% | ||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek in het kader van de bijzondere jeugdbijstand | 1.328 | 14,60% | ||
Verblijf | Kamertraining | 653 | 7,20% | |
Verblijf in een pleeggezin [perspectiefbiedend] | 2.213 | 24,30% | ||
Verblijf in een pleeggezin [perspectiefzoekend] | 2.305 | 25,30% | ||
Verblijf in functie van diagnostiek | 1.128 | 12,40% | ||
Verblijf voor (aanstaande) ouder(s) en kind(eren) | 186 | 2,00% | ||
Verblijf voor minderjarigen | 1.839 | 20,20% | ||
Totaal verblijf | 4.975 | 54,60% | ||
BJB Totaal | 6.308 | 69,30% | ||
Totaal K&G: verblijf voor kinderen [lange duur] | 703 | 7,70% | ||
Onderwijs | Verblijf | Verblijf op schoolvrije dagen voor minderjarigen in een Internaat met Permanente Openstelling | 187 | 2,10% |
Verblijf voor minderjarigen in het tehuis van het gemeenschapsonderwijs | 76 | 0,80% | ||
Totaal onderwijs | 222 | 2,40% | ||
VAPH | Totaal begeleiding: mobiele en/of ambulante begeleiding voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 3.069 | 33,70% | |
Behandeling | Behandeling voor minderjarigen met een handicap | 3.068 | 33,70% | |
Intensieve behandeling voor minderjarigen met een handicap | 271 | 3,00% | ||
Totaal Behandeling | 3.218 | 35,30% | ||
Dagopvang | (School)aanvullende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 2.823 | 31,00% | |
Schoolvervangende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 2.614 | 28,70% | ||
Totaal dagopvang | 2.937 | 32,20% | ||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek voor minderjarigen met een (vermoeden van) handicap [hoge frequentie] | 403 | 4,40% | ||
Totaal training: Training voor minderjarigen met een handicap | 3.155 | 34,60% | ||
Verblijf | Verblijf voor minderjarigen met (een vermoeden van) handicap | 458 | 5,00% | |
Verblijf voor minderjarigen met een GES+-problematiek | 33 | 0,40% | ||
Verblijf voor minderjarigen met een handicap | 2.383 | 26,20% | ||
Totaal verblijf | 2.686 | 29,50% | ||
Totaal VAPH | 4.036 | 44,30% | ||
Eindtotaal | 9.107 |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
Hieronder wordt dieper ingegaan op de nieuwe hulpvragen binnen het VAPH, zowel voor voorzieningen, PAB als bijstand, naar doelgroep (n=4.658). Eén kind of jongere kan meerdere handicapcodes hebben. Onderstaande tabel geeft per kind of jongere de combinatie van handicaps weer. Voor meer details over de handicaps van minderjarigen met een vraag naar NRTJ kan je de regionale cijfers bekijken.
Tabel: Nieuwe hulpvragen naar combinaties van handicap
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant | West-Vlaanderen | Totaal | %* | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Enkelvoudig-fysiek | 145 | 66 | 103 | 63 | 71 | 448 | 9,62% |
Enkelvoudig-verstandelijk | 463 | 270 | 394 | 239 | 424 | 1.789 | 38,41% |
Ontbrekende handicapcode | 6 | 7 | 3 | 7 | 5 | 28 | 0,60% |
Meervoudig-combinatie | 302 | 113 | 257 | 106 | 203 | 981 | 21,06% |
Meervoudig-fysiek | 29 | 20 | 33 | 14 | 31 | 127 | 2,73% |
Meervoudig-verstandelijk | 401 | 212 | 261 | 164 | 247 | 1.285 | 27,59% |
Eindtotaal | 1.346 | 688 | 1.051 | 593 | 981 | 4.658 | |
%* | 28,90% | 14,77% | 22,56% | 12,73% | 21,06% |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
Opgestarte hulp
In 2017 is voor 6.792 unieke kinderen en jongeren nieuwe, niet-rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp binnen een voorziening opgestart. 228 minderjarigen krijgen een persoonlijke-assistentiebudget.
Hulp in voorzieningen
In 2017 is voor 6.792 unieke kinderen en jongeren een jeugdhulpbeslissing voor niet-rechtstreeks toegankelijke hulp in een voorziening opgemaakt. Het is de eerste keer dat bepaalde hulp wordt opgestart. Beslissingen voor verlengingen van reeds lopende hulp blijven buiten beschouwing. Daarom zijn op basis van de tabel geen uitspraken mogelijk over het totaal aantal kinderen en jongeren in de jeugdhulp.
Onderstaande tabel geeft de nieuw opgestarte hulp weer, opgedeeld naar typemodule. Indien voor een minderjarige in 2017 hulp voor meerdere typemodules wordt opgestart, is dit in elke categorie geteld.
Er is een daling (-11,8%) van de nieuw opgestarte hulp in 2017 (n=6.792) t.o.v. 2016 (n=7.703). Tegelijk blijkt de verblijfsduur van de minderjarigen in de voorzieningen toe te nemen.
De sterkste daling is er in de internaten met permanente openstelling en het tehuis. Dit is evenwel te wijten aan een vertekening van de cijfers in 2016. Sinds juni 2016 behoren de internaten van het Gemeenschapsonderwijs - waar kinderen en jongeren 7/7 verblijven - tot het toepassingsgebied van integrale jeugdhulp. In 2016 zijn in de cijfers zowel de kinderen en jongeren opgenomen die deze hulp reeds kregen maar nog niet gekend waren in INSISTO, als diegenen die na juni 2016 nieuw zijn opgestart. Hierdoor werd de nieuwe opstart in 2016 overschat en is de daling in 2017 logisch.
Verder is er voor alle vormen van hulp een daling in het aantal kinderen en jongeren dat opstart, met uitzondering van de kortdurend intensieve contextbegeleiding, perspectiefzoekende pleegzorg en de intensieve behandeling van de OBC’s.
Tabel: Nieuw opgestarte hulp in NRTJ voorziening
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant & Brussel | West-Vlaanderen | Totaal | %* | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
BJB | Begeleiding | Contextbegeleiding in functie van autonoom wonen | 198 | 59 | 152 | 79 | 116 | 604 | 8,89% |
Contextbegeleiding kortdurend intensief | 239 | 51 | 99 | 61 | 36 | 486 | 7,16% | ||
Totaal begeleiding | 419 | 105 | 240 | 132 | 148 | 1.044 | 15,37% | ||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek in het kader van de bijzondere jeugdbijstand | 347 | 102 | 180 | 134 | 139 | 902 | 13,28% | ||
Verblijf | Kamertraining | 135 | 30 | 66 | 41 | 88 | 360 | 5,30% | |
Verblijf in een pleeggezin [perspectiefbiedend] | 276 | 100 | 194 | 140 | 149 | 859 | 12,65% | ||
Verblijf in een pleeggezin [perspectiefzoekend] | 285 | 103 | 179 | 113 | 133 | 813 | 11,97% | ||
Verblijf in functie van diagnostiek | 244 | 50 | 137 | 98 | 105 | 634 | 9,33% | ||
Verblijf voor (aanstaande) ouder(s) en kind(eren) | 41 | 8 | 9 | 15 | 20 | 93 | 1,37% | ||
Verblijf voor minderjarigen | 365 | 158 | 251 | 141 | 223 | 1.138 | 16,76% | ||
Totaal verblijf | 1.127 | 392 | 721 | 480 | 644 | 3.364 | 49,53% | ||
Totaal BJB | 1.489 | 523 | 951 | 612 | 788 | 4.363 | 64,24% | ||
Totaal K&G: verblijf voor kinderen [lange duur] | 105 | 34 | 51 | 24 | 23 | 237 | 3,49% | ||
Onderwijs | Verblijf | Verblijf op schoolvrije dagen voor minderjarigen in een Internaat met Permanente Openstelling | 6 | 0 | 11 | 8 | 41 | 66 | 0,97% |
Verblijf voor minderjarigen in het tehuis van het gemeenschapsonderwijs | 0 | 0 | 0 | 0 | 13 | 13 | 0,19% | ||
Totaal onderwijs | 6 | 0 | 11 | 8 | 54 | 79 | 1,16% | ||
VAPH | Totaal begeleiding: mobiele en/of ambulante begeleiding voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 438 | 266 | 499 | 255 | 516 | 1.974 | 29,06% | |
Behandeling | Behandeling voor minderjarigen met een handicap | 221 | 219 | 465 | 225 | 480 | 1.610 | 23,70% | |
Intensieve behandeling voor minderjarigen met een handicap | 10 | 40 | 25 | 9 | 18 | 102 | 1,50% | ||
Totaal behandeling | 231 | 257 | 490 | 233 | 498 | 1.709 | 25,16% | ||
Dagopvang | (School)aanvullende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 352 | 211 | 470 | 220 | 497 | 1.750 | 25,77% | |
Schoolvervangende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 275 | 86 | 409 | 203 | 480 | 1.453 | 21,39% | ||
Totaal dagopvang | 371 | 236 | 476 | 228 | 507 | 1.818 | 26,77% | ||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek voor minderjarigen met een (vermoeden van) handicap [hoge frequentie] | 76 | 24 | 23 | 15 | 25 | 163 | 2,40% | ||
Totaal training: Training voor minderjarigen met een handicap | 295 | 240 | 417 | 217 | 463 | 1.632 | 24,03% | ||
Verblijf | Verblijf voor minderjarigen met (een vermoeden van) handicap | 53 | 49 | 47 | 25 | 39 | 213 | 3,14% | |
Verblijf voor minderjarigen met een GES+-problematiek | 10 | 7 | 6 | 3 | 6 | 32 | 0,47% | ||
Verblijf voor minderjarigen met een handicap | 237 | 138 | 310 | 170 | 324 | 1.179 | 17,36% | ||
Totaal verblijf | 294 | 192 | 352 | 194 | 367 | 1.399 | 20,60% | ||
Totaal VAPH | 537 | 334 | 554 | 291 | 572 | 2.288 | 33,69% | ||
Eindtotaal | 2.084 | 864 | 1.522 | 915 | 1.407 | 6.792 | |||
%* | 30,68% | 12,72% | 22,41% | 13,47% | 20,72% |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
Onderstaande tabel geeft de nieuw opgestarte hulp naar leeftijd. De daling in de opstart is voor alle leeftijdsgroepen ongeveer even groot. Voor meer informatie over nieuw opgestarte hulp kan je de verhouding man-vrouw en de regionale cijfers bekijken.
Tabel: Nieuw opgestarte hulp in NRTJ voorziening, naar leeftijd
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
-18 jaar | +18 jaar | Totaal | %* | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Sector | Functie | Typemodule | 0-5 | 6-11 | 12-17 | Totaal | %* | 18-21 | 22-25 | Totaal | %* | |||
BJB | Begeleiding | Contextbegeleiding in functie van autonoom wonen | 0 | 0 | 230 | 230 | 3,82% | 384 | 1 | 385 | 46,44% | 604 | 8,89% | |
Contextbegeleiding kortdurend intensief | 20 | 44 | 376 | 440 | 7,31% | 51 | 0 | 51 | 6,15% | 486 | 7,16% | |||
Totaal begeleiding | 20 | 44 | 578 | 642 | 10,67% | 417 | 1 | 418 | 50,42% | 1.044 | 15,37% | |||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek in het kader van de bijzondere jeugdbijstand | 77 | 249 | 578 | 902 | 14,99% | 0 | 0 | 0 | 0,00% | 902 | 13,28% | |||
Verblijf | Kamertraining | 0 | 0 | 256 | 256 | 4,25% | 114 | 0 | 114 | 13,75% | 360 | 5,30% | ||
Verblijf in een pleeggezin [perspectiefbiedend] | 297 | 200 | 311 | 808 | 13,43% | 52 | 0 | 52 | 6,27% | 859 | 12,65% | |||
Verblijf in een pleeggezin [perspectiefzoekend] | 299 | 175 | 322 | 796 | 13,23% | 17 | 0 | 17 | 2,05% | 813 | 11,97% | |||
Verblijf in functie van diagnostiek | 46 | 142 | 448 | 634 | 10,54% | 0 | 0 | 0 | 0,00% | 634 | 9,33% | |||
Verblijf voor (aanstaande) ouder(s) en kind(eren) | 58 | 8 | 20 | 86 | 1,43% | 7 | 0 | 7 | 0,84% | 93 | 1,37% | |||
Verblijf voor minderjarigen | 129 | 248 | 720 | 1.095 | 18,20% | 48 | 0 | 48 | 5,79% | 1.138 | 16,76% | |||
Totaal verblijf | 727 | 686 | 1.783 | 3.181 | 52,87% | 213 | 0 | 213 | 25,69% | 3.364 | 49,53% | |||
Totaal BJB | 764 | 828 | 2.265 | 3.842 | 63,85% | 571 | 1 | 572 | 69,00% | 4.363 | 64,24% | |||
Totaal K&G: verblijf voor kinderen [lange duur] | 188 | 49 | 0 | 237 | 3,90% | 0 | 0 | 0 | 0,00% | 237 | 3,50% | |||
Onderwijs | Verblijf | Verblijf op schoolvrije dagen voor minderjarigen in een Internaat met Permanente Openstelling | 10 | 33 | 21 | 64 | 1,06% | 2 | 0 | 2 | 0,24% | 66 | 0,97% | |
Verblijf voor minderjarigen in het tehuis van het gemeenschapsonderwijs | 4 | 6 | 3 | 13 | 0,22% | 0 | 0 | 0 | 0,00% | 13 | 0,19% | |||
Totaal onderwijs | 14 | 39 | 24 | 77 | 1,28% | 2 | 0 | 2 | 0,24% | 79 | 1,16% | |||
VAPH | Totaal begeleiding: Mobiele en/of ambulante begeleiding voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 303 | 677 | 749 | 1.727 | 28,70% | 225 | 24 | 249 | 30,04% | 1.974 | 29,06% | ||
Behandeling | Behandeling voor minderjarigen met een handicap | 214 | 560 | 621 | 1.395 | 23,18% | 194 | 22 | 216 | 26,06% | 1.610 | 23,70% | ||
Intensieve behandeling voor minderjarigen met een handicap | 4 | 37 | 59 | 100 | 1,66% | 3 | 0 | 3 | 0,36% | 102 | 1,50% | |||
Totaal behandeling | 218 | 597 | 677 | 1.492 | 24,80% | 196 | 22 | 218 | 26,30% | 1.709 | 25,16% | |||
Dagopvang | (School)aanvullende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 242 | 601 | 689 | 1.532 | 25,46% | 198 | 20 | 218 | 26,30% | 1.750 | 25,77% | ||
Schoolvervangende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 212 | 476 | 572 | 1.260 | 20,94% | 171 | 22 | 193 | 23,28% | 1.453 | 21,39% | |||
Totaal dagopvang | 269 | 615 | 703 | 1.587 | 26,38% | 208 | 23 | 231 | 27,86% | 1.818 | 26,77% | |||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek voor minderjarigen met een (vermoeden van) handicap [hoge frequentie] | 8 | 82 | 72 | 162 | 2,69% | 1 | 0 | 1 | 0,12% | 163 | 2,40% | |||
Totaal training: Training voor minderjarigen met een handicap | 239 | 558 | 626 | 1.423 | 23,65% | 187 | 23 | 210 | 25,33% | 1.632 | 24,03% | |||
Verblijf | Verblijf voor minderjarigen met (een vermoeden van) handicap | 7 | 93 | 110 | 210 | 3,49% | 3 | 0 | 3 | 0,36% | 213 | 3,14% | ||
Verblijf voor minderjarigen met een GES+-problematiek | 0 | 0 | 25 | 25 | 0,42% | 7 | 0 | 7 | 0,84% | 32 | 0,47% | |||
Verblijf voor minderjarigen met een handicap | 95 | 358 | 550 | 1.003 | 16,67% | 155 | 21 | 176 | 21,23% | 1.179 | 17,36% | |||
Totaal verblijf | 102 | 449 | 665 | 1.216 | 20,21% | 162 | 21 | 183 | 22,07% | 1.399 | 20,60% | |||
Totaal VAPH | 318 | 812 | 904 | 2.032 | 33,77% | 234 | 24 | 258 | 31,12% | 2.288 | 33,69% | |||
Eindtotaal | 1.232 | 1.677 | 3.131 | 6.017 | 804 | 25 | 829 | 6.792 |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
Er kan ook worden getoond of de minderjarige voor wie nieuwe hulp opstart in 2017, op het moment van de opstart in een gerechtelijk of vrijwillig traject in de jeugdhulpverlening zit.
Bij de kinderen en jongeren met nieuw opgestarte hulp in 2017, zijn er meer vanuit een vrijwillig traject (n=4.034; 59,4%) dan vanuit een gerechtelijk traject (n=2.758, 40,6%). Voor de sector van Kind en Gezin en Jongerenwelzijn zijn de verhoudingen omgekeerd, en start er dus vaker hulp op in een gerechtelijk traject. Voor meer details over nieuw opgestarte hulp naar gerechtelijk of vrijwillig traject in de jeugdhulpverlening kan je de regionale cijfers bekijken.
Tabel: Nieuw opgestarte hulp in NRTJ voorzieningen naar gerechtelijk / vrijwillig traject
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Totaal | %* | ||
---|---|---|---|
BJB | Gerechtelijk | 2.247 | 33,10% |
Niet-gerechtelijk | 2.116 | 31,20% | |
Totaal | 4.363 | 64,20% | |
K&G | Gerechtelijk | 177 | 2,60% |
Niet-gerechtelijk | 60 | 0,90% | |
Totaal | 237 | 3,50% | |
Onderwijs | Gerechtelijk | 53 | 0,80% |
Niet-gerechtelijk | 26 | 0,40% | |
Totaal | 79 | 1,20% | |
VAPH | Gerechtelijk | 416 | 6,10% |
Niet-gerechtelijk | 1.872 | 27,60% | |
Totaal | 2.288 | 33,70% | |
Alles sectoren | Gerechtelijk | 2.758 | 40,60% |
Niet-gerechtelijk | 4.034 | 59,40% | |
Totaal | 6.792 | 100,00% |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
Voor 2.288 unieke kinderen en jongeren start in 2017 NRTJ hulp op in een voorziening VAPH. Onderstaande tabel geeft per minderjarige de combinatie van handicaps weer. Voor meer details over de handicapcodes kan je de regionale cijfers bekijken.
Tabel: Nieuw opgestarte hulp in voorzieningen naar combinaties van handicap
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant & Brussel | West-Vlaanderen | Totaal | % | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Enkelvoudig-fysiek | 35 | 24 | 47 | 13 | 25 | 144 | 6,29% |
Enkelvoudig-verstandelijk | 192 | 126 | 212 | 137 | 239 | 906 | 39,60% |
Ontbrekende handicapcode | 6 | 2 | 2 | 1 | 0 | 11 | 0,48% |
Meervoudig-combinatie | 94 | 58 | 140 | 55 | 121 | 468 | 20,45% |
Meervoudig-fysiek | 6 | 5 | 12 | 6 | 10 | 39 | 1,70% |
Meervoudig-verstandelijk | 204 | 119 | 141 | 79 | 177 | 720 | 31,47% |
Totaal | 537 | 334 | 554 | 291 | 572 | 2.288 | 100,00% |
% | 23,47% | 14,60% | 24,21% | 12,72% | 25,00% | 100,00% |
(Bron: INSISTO)
Een aanvraag naar niet-rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp binnen het VAPH moet de handicap steeds vermelden. Voor andere vragen naar niet-rechtstreeks toegankelijke hulp is dit niet verplicht. Onderstaande tabel geeft een indicatie van het aantal kinderen en jongeren met een handicap voor wie in 2017 nieuwe niet-rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp is opgestart binnen een voorziening van een andere sector dan het VAPH.
Tabel: Nieuw opgestarte hulp naar sector en handicap
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant & Brussel | West-Vlaanderen | Totaal | % | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
BJB | Handicap | 194 | 85 | 122 | 95 | 100 | 596 | 13,66% |
Geen handicap | 1.295 | 438 | 829 | 517 | 688 | 3.767 | 86,34% | |
Totaal BJB | 1.489 | 523 | 951 | 612 | 788 | 4.363 | 100,00% | |
K&G | Handicap | 4 | 2 | 4 | 0 | 0 | 10 | 4,22% |
Geen handicap | 101 | 32 | 47 | 24 | 23 | 227 | 95,78% | |
Totaal K&G | 105 | 34 | 51 | 24 | 23 | 237 | 100,00% | |
Onderwijs | Handicap | 4 | 0 | 7 | 4 | 6 | 21 | 26,58% |
Geen handicap | 2 | 0 | 4 | 4 | 48 | 58 | 73,42% | |
Totaal onderwijs | 6 | 0 | 11 | 8 | 54 | 79 | 100,00% | |
VAPH | Handicap | 531 | 332 | 552 | 290 | 572 | 2.277 | 99,52% |
Geen handicap | 6 | 2 | 2 | 1 | 0 | 11 | 0,48% | |
Totaal VAPH | 537 | 334 | 554 | 291 | 572 | 2.288 | 100,00% | |
Eindtotaal | 2.084 | 864 | 1.522 | 915 | 1.407 | 6.792 |
(Bron: INSISTO)
Onderstaande tabel geeft de gemiddelde wachttijd tussen de datum dat de jongere voor een bepaalde typemodule op de wachtlijst van een voorziening komt en de datum van opstart van de hulp in een NRTJ voorziening. Gemiddeld staat een minderjarige voor wie in 2017 hulp is opgestart 180 dagen op de wachtlijst van een NRTJ voorziening.
De wachttijd voor nieuw opgestarte hulp wordt naar beneden vertekend door een snelle opstart van hulp, bijvoorbeeld de opstart van crisisjeugdhulp wanneer het crisismeldpunt geen oplossing vindt binnen het crisisnetwerk. Bekijk de regionale cijfers.
Tabel: Doorlooptijd nieuw opgestarte hulp in NRTJ voorzieningen
(teleenheid: dagen - unieke kinderen en jongeren – dagen)
Unieke kinderen en jongeren | Dagen | |||||
---|---|---|---|---|---|---|
0-3 maand | 4-6 maand | 7-9 maand | 9-12 maand | > 1jaar | Gemiddelde doorlooptijd | |
BJB | 58,97% | 18,18% | 10,34% | 5,45% | 17,08% | 162 |
K&G | 82,28% | 8,02% | 5,49% | 0,84% | 5,06% | 66 |
OND | 74,68% | 13,92% | 2,53% | 0,00% | 10,13% | 78 |
VAPH | 54,41% | 14,60% | 8,48% | 6,56% | 18,97% | 193 |
Totaal* | 58,91% | 17,01% | 9,72% | 5,74% | 17,40% | 180 |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%. In 2017 werd een andere berekeningswijze gebruikt. Bekijk de aangepaste cijfers van 2016.
Persoonlijke assistentie voor minderjarigen met een handicap (PAB)
De toekenning van een persoonlijke-assistentie budget (PAB) gebeurt door de intersectorale regionale prioriteitencommissie (IRPC) in elke regio. In 2017 zijn 702 priorchecklists voorgelegd aan de IRPC om te bespreken. Aan 228 minderjarigen (32,48%) is een PAB toegekend, voor een totaal van 8.626.938,80 euro.
Tabel: Aanvragen PAB uitbreidingsbeleid 2017 naar resultaat
(teleenheid: unieke minderjarigen)
Niet toegekend | Toegekend | Totaal | |
---|---|---|---|
Antwerpen | 164 | 66 | 230 |
Limburg | 120 | 58 | 178 |
Oost-Vlaanderen | 70 | 48 | 118 |
Vlaams-Brabant & Brussel | 56 | 32 | 88 |
West-Vlaanderen | 64 | 24 | 88 |
Totaal | 474 | 228 | 702 |
(Bron: registratie ITP)
Onderstaande tabel geeft de budgethoogte van PAB aan deze kinderen en jongeren weer. Het merendeel van de toegekende PAB’s behoort tot de hoogste budgetcategorie.
Tabel: Budgethoogte toegekende PAB
(teleenheid: toegekende PAB)
Totaal | |
---|---|
Budgetcategorie 1 | 0 |
Budgetcategorie 2 | 3 |
Budgetcategorie 3 | 29 |
Budgetcategorie 4 | 58 |
Budgetcategorie 5 | 138 |
Totaal aantal toegekende PAB’s uitbreidingbeleid 2017 | 228 |
(Bron: INSISTO)
De wachttijd voor de PAB wordt berekend tussen de datum dat de hulpvraag van een kind of jongere in regie komt (recht heeft op deze hulp en deze hulp ook actief wil inzetten) en de datum van de beslissing van de IRPC. De gemiddelde wachttijd voor de minderjarigen die op de IRPC besproken zijn in 2017, bedraagt ongeveer 2 jaar. De wachttijd van de minderjarigen aan wie een PAB is toegekend, is gemiddeld korter.
Tabel: Gemiddelde wachttijd en spreiding PAB aanvragen uitbreidingsbeleid 2017
(teleenheid: unieke minderjarigen)
0-1 jaar | 1-2 jaar | 2-3 jaar | 3-4 jaar | 4-5 jaar | 5-10 jaar | > 10 jaar | Gemiddeld (dagen) | Totaal | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Toegekend | 60 | 73 | 31 | 5 | 6 | 31 | 22 | 705 | 228 |
Niet toegekend | 124 | 122 | 79 | 11 | 12 | 77 | 49 | 939 | 474 |
(Bron: registratie ITP)
Onderstaande tabel geeft per kind of jongere de combinatie van handicaps weer. Voor meer details over de handicapcodes kan je de regionale cijfers bekijken.
Tabel: Toegekende PAB naar combinatie van handicap
(teleenheid: toegekende PAB)
2017 | Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant & Brussel | West-Vlaanderen | Totaal |
---|---|---|---|---|---|---|
Enkelvoudig-fysiek | 13 | 4 | 2 | 7 | 5 | 31 |
Enkelvoudig-mentaal | 9 | 7 | 3 | 4 | 2 | 25 |
Meervoudig-combinatie | 32 | 29 | 37 | 15 | 15 | 128 |
Meervoudig-fysiek | 7 | 1 | 1 | 0 | 1 | 10 |
Meervoudig-mentaal | 5 | 17 | 5 | 6 | 1 | 34 |
Totaal | 66 | 58 | 48 | 32 | 24 | 228 |
(Bron: INSISTO)
In 2017 zijn 14 vragen naar een persoonlijke-assistentiebudget via spoedprocedure ingediend. Aan twee kinderen of jongeren is geen budget toegekend omdat niet aan de voorwaarden is voldaan.
Wachtenden op hulp
Er is een stijging (+7,8%) van het aantal wachtende kinderen en jongeren op 31 december 2017 (n= 6.584) t.o.v. 2016 (n=6.105). Van deze 6.584 kinderen en jongeren die op hulp wachten, zijn er 5.746 minderjarig en 838 meerderjarig. Het aantal wachtenden neemt t.o.v. 2016 vooral toe in de groep meerderjarigen (+42,8%). Het merendeel van de wachtenden wacht op NRTJ hulp binnen een voorziening (n=5.273; +7,1%), terwijl het aantal wachtenden voor een persoonlijke-assistentiebudget een grotere stijging kent, ook hier vooral in de groep meerderjarigen (n=1.533; +12,1%). De toename in de groep meerderjarigen kan verklaard worden door een verhoogde aandacht in 2017 voor jongvolwassenen en zorgcontinuïteit binnen het VAPH.
Elk totaalcijfer geeft telkens het aantal unieke kinderen en jongeren weer. Dit is dus niet altijd gelijk aan de som van de onderliggende categorieën.
Tabel: Wachtenden NRTJ voorzieningen en PAB
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant | West-Vlaanderen | Totaal | %* | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
NRTJ hulp voorziening | 0-17 jaar | 1.535 | 579 | 122 | 504 | 845 | 4.685 | 71,20% |
≥ 18 jaar | 195 | 61 | 163 | 67 | 102 | 588 | 8,00% | |
Totaal wachtende NRTJ hulp voorziening | 1.730 | 640 | 1.385 | 571 | 947 | 5.273 | ||
PAB | 0-17 jaar | 343 | 327 | 285 | 178 | 132 | 1.265 | 19,20% |
≥ 18 jaar | 80 | 66 | 64 | 34 | 24 | 268 | 4,10% | |
Totaal wachtende PAB | 423 | 393 | 349 | 212 | 156 | 1.533 | 23,30% | |
Totaal wachtenden | 0-17 jaar | 1.788 | 879 | 1.457 | 659 | 963 | 5.746 | 87,30% |
≥ 18 jaar | 267 | 124 | 220 | 101 | 126 | 838 | 12,70% | |
Totaal wachtenden | 2.055 | 1.003 | 1.677 | 760 | 1.089 | 6.584 | ||
%* | 31,20% | 15,20% | 25,50% | 11,50% | 16,50% |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
Het deel hieronder maakt telkens een onderscheid tussen jongeren die op hulp wachten in een voorziening en jongeren die op een PAB wachten. Voor elk van onderstaande tabellen zijn ook regionale gegevens beschikbaar.
Hulp in voorzieningen
Op 31 december 2017 wachten 5.273 kinderen en jongeren op NRTJ binnen een voorziening. Daarvan zijn er 654 die op een typemodule wachten maar reeds hulp krijgen. Dit is een stijging met 7,1% ten opzichte van 2016. Deze stijging is niet voor elke soort hulp even groot.
Binnen de sector bijzondere jeugdbijstand stijgt het aantal wachtenden met 10,6%. De stijging is vooral zichtbaar bij het aantal kinderen en jongeren dat op pleegzorg wacht én het aantal jongeren dat wacht op contextbegeleiding in functie van autonoom wonen.
Binnen de sector VAPH in zijn geheel is de stijging van het aantal wachtenden met 2% beduidend lager dan in de andere sectoren. In absolute aantallen is er wel de grootste toename voor dagopvang en verblijf. Voor meer details kan je de regionale cijfers bekijken.
Tabel: Wachtenden NRTJ voorzieningen
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Totaal | %* | |||
---|---|---|---|---|
BJB | Begeleiding | Contextbegeleiding in functie van autonoom wonen | 518 | 9,82% |
Contextbegeleiding kortdurend intensief | 217 | 4,12% | ||
Totaal begeleiding | 691 | 13,10% | ||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek in het kader van de bijzondere jeugdbijstand | 436 | 8,27% | ||
Verblijf | Kamertraining | 447 | 8,48% | |
Verblijf in een pleeggezin | 722 | 13,69% | ||
Verblijf in een pleeggezin [perspectiefzoekend] | 396 | 7,51% | ||
Verblijf in functie van diagnostiek | 449 | 8,52% | ||
Verblijf voor (aanstaande) ouder(s) en kind(eren) | 22 | 0,42% | ||
Verblijf voor minderjarigen | 1.422 | 26,97% | ||
Totaal verblijf | 2.296 | 43,54% | ||
Totaal BJB | 2.902 | 55,04% | ||
Totaal K&G: verblijf voor kinderen [lange duur] | 192 | 3,64% | ||
Onderwijs | Verblijf | Verblijf op schoolvrije dagen voor minderjarigen in een Internaat met Permanente Openstelling | 55 | 1,04% |
Verblijf voor minderjarigen in het tehuis van het gemeenschapsonderwijs | 14 | 0,27% | ||
Totaal onderwijs | 61 | 1,16% | ||
VAPH | Totaal begeleiding: Mobiele en/of ambulante begeleiding voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 2.064 | 39,14% | |
Behandeling | Behandeling voor minderjarigen met een handicap | 1.394 | 26,44% | |
Intensieve behandeling voor minderjarigen met een handicap | 147 | 2,79% | ||
Totaal behandeling | 1.485 | 28,16% | ||
Dagopvang | (School)aanvullende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 1.558 | 29,55% | |
Schoolvervangende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 1.384 | 26,25% | ||
Totaal dagopvang | 1.632 | 30,95% | ||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek voor minderjarigen met een (vermoeden van) handicap [hoge frequentie] | 178 | 3,38% | ||
Totaal training: Training voor minderjarigen met een handicap | 1.414 | 26,82% | ||
Verblijf | Verblijf voor minderjarigen met (een vermoeden van) handicap | 214 | 4,06% | |
Verblijf voor minderjarigen met een GES+-problematiek | 46 | 0,87% | ||
Verblijf voor minderjarigen met een handicap | 1.345 | 25,51% | ||
Totaal verblijf | 1.518 | 28,79% | ||
Totaal VAPH | 2.381 | 45,15% | ||
Eindtotaal | 5.273 |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
Van de 5.273 kinderen en jongeren die op 31 december op NRTJ hulp binnen een voorziening wachten, zijn er 4.685 minderjarigen en 588 meerderjarigen. Bijna de helft van de wachtenden is tussen 12 en 17 jaar oud (n=2.604). Bij de minderjarigen komen er ongeveer evenveel wachtenden bij als bij de meerderjarigen, waardoor de stijging van het aantal meerderjarige wachtenden verhoudingsgewijs veel groter is (+4,2% versus +38,4%). Ook de doorstroom naar volwassen hulpverlening is hier van belang. In de leeftijdsgroep 0-5 jaar is er een daling van het aantal wachtenden (-7,1%). Tegelijk is er een beperkte toename van het aantal jonge kinderen dat wacht op pleegzorg en verblijf in een CKG. Voor de verblijfsmodules in de vier sectoren valt op dat het aantal wachtenden vooral toeneemt in de groep 6-11 jaar. Voor meer details kan je regionale cijfers bekijken.
Tabel: Wachtenden NRTJ voorziening naar leeftijd
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
-18 jaar | +18 jaar | Totaal* | ||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Sector | Function | Typemodule | 0-5 | 6-11 | 12-17 | Totaal* | %* | 18-21 | 22 -25 | Totaal* | %* | |
BJB | Begeleiding | Contextbegeleiding in functie van autonoom wonen | 0 | 0 | 254 | 254 | 5,40% | 264 | 0 | 264 | 44,90% | 518 |
Contextbegeleiding kortdurend intensief | 8 | 27 | 157 | 192 | 4,10% | 25 | 0 | 25 | 4,30% | 217 | ||
Totaal begeleiding | 8 | 27 | 384 | 419 | 8,90% | 272 | 0 | 272 | 46,30% | 691 | ||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek in het kader van de bijzondere jeugdbijstand | 26 | 141 | 262 | 429 | 9,20% | 7 | 0 | 7 | 1,20% | 436 | ||
Verblijf | Kamertraining | 0 | 0 | 354 | 354 | 7,60% | 93 | 0 | 93 | 15,80% | 447 | |
Verblijf in een pleeggezin [perspectiefbiedend] | 219 | 208 | 260 | 687 | 14,70% | 35 | 0 | 35 | 6,00% | 722 | ||
Verblijf in een pleeggezin [perspectiefzoekend] | 135 | 116 | 139 | 390 | 8,30% | 6 | 0 | 6 | 1,00% | 396 | ||
Verblijf in functie van diagnostiek | 24 | 110 | 304 | 438 | 9,30% | 11 | 0 | 11 | 1,90% | 449 | ||
Verblijf voor (aanstaande) ouder(s) en kind(eren) | 13 | 6 | 3 | 22 | 0,50% | 0 | 0 | 0 | 0,00% | 22 | ||
Verblijf voor minderjarigen | 214 | 416 | 745 | 1.375 | 29,30% | 47 | 0 | 47 | 8,00% | 1.422 | ||
Totaal verblijf | 376 | 586 | 1.186 | 2.148 | 45,80% | 148 | 0 | 148 | 25,20% | 2.296 | ||
Totaal BJB | 397 | 681 | 1.458 | 2.536 | 54,10% | 366 | 0 | 366 | 62,20% | 2.902 | ||
Totaal K&G: Verblijf voor kinderen [lange duur] | 125 | 64 | 3 | 192 | 4,10% | 0 | 0 | 0 | 0,00% | 192 | ||
Onderwijs | Verblijf | Verblijf op schoolvrije dagen voor minderjarigen in een Internaat met Permanente Openstelling | 5 | 27 | 22 | 54 | 1,20% | 1 | 0 | 1 | 0,20% | 55 |
Verblijf voor minderjarigen in het tehuis van het gemeenschapsonderwijs | 2 | 5 | 7 | 14 | 0,30% | 0 | 0 | 0 | 0,00% | 14 | ||
Totaal onderwijs | 6 | 29 | 25 | 60 | 1,30% | 1 | 0 | 1 | 0,20% | 61 | ||
VAPH | Totaal begeleiding: Mobiele en/of ambulante begeleiding voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 132 | 670 | 1.037 | 1.839 | 39,30% | 223 | 2 | 225 | 38,30% | 2.064 | |
Behandeling | Behandeling voor minderjarigen met een handicap | 96 | 437 | 715 | 1.248 | 26,60% | 146 | 0 | 146 | 24,80% | 1.394 | |
Intensieve behandeling voor minderjarigen met een handicap | 6 | 52 | 83 | 141 | 3,00% | 6 | 0 | 6 | 1,00% | 147 | ||
Totaal behandeling | 99 | 475 | 763 | 1.337 | 28,50% | 148 | 0 | 148 | 25,20% | 1.485 | ||
Dagopvang | (School)aanvullende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 98 | 489 | 811 | 1.398 | 29,80% | 159 | 1 | 160 | 27,20% | 1.558 | |
Schoolvervangende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 92 | 407 | 726 | 1.225 | 26,10% | 157 | 2 | 159 | 27,00% | 1.384 | ||
Totaal dagopvang | 109 | 503 | 849 | 1.461 | 31,20% | 169 | 2 | 171 | 29,10% | 1.632 | ||
Totaal diagnostiek: Diagnostiek voor minderjarigen met een (vermoeden van) handicap [hoge frequentie] | 2 | 78 | 98 | 178 | 3,80% | 0 | 178 | |||||
Totaal training: Training voor minderjarigen met een handicap | 95 | 432 | 734 | 1.261 | 26,90% | 153 | 0 | 153 | 26,00% | 1.414 | ||
Verblijf | Verblijf voor minderjarigen met (een vermoeden van) handicap | 4 | 80 | 128 | 212 | 4,50% | 2 | 0 | 2 | 0,30% | 214 | |
Verblijf voor minderjarigen met een GES+-problematiek | 0 | 1 | 40 | 41 | 0,90% | 5 | 0 | 5 | 0,90% | 46 | ||
Verblijf voor minderjarigen met een handicap | 46 | 358 | 791 | 1.195 | 25,50% | 148 | 2 | 150 | 25,50% | 1.345 | ||
Totaal verblijf | 50 | 420 | 895 | 1.365 | 29,10% | 151 | 2 | 153 | 26,00% | 1.518 | ||
Totaal VAPH | 148 | 792 | 1.206 | 2.146 | 45,80% | 233 | 2 | 235 | 40,00% | 2.381 | ||
Eindtotaal* | 603 | 1.478 | 2.604 | 4.685 | 586 | 2 | 588 | 5.273 | ||||
%* | 12,87% | 31,55% | 55,58% | 99,66% | 0,34% |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
De wachtenden op NRTJ vanuit het VAPH behoren tot verschillende doelgroepen. Voor meer details, bekijk de regionale cijfers.
Tabel: Wachtenden NRTJ voorzieningen naar combinatie van handicap
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant & Brussel | West-Vlaanderen | Totaal | % | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Enkelvoudig-fysiek | 22 | 3 | 14 | 3 | 6 | 48 | 2,02% |
Enkelvoudig-verstandelijk | 319 | 170 | 332 | 92 | 176 | 1.089 | 45,74% |
Ontbrekende handicapcode | 4 | 2 | 2 | 0 | 0 | 8 | 0,34% |
Meervoudig-combinatie | 156 | 30 | 101 | 33 | 36 | 356 | 14,95% |
Meervoudig-fysiek | 7 | 2 | 4 | 1 | 1 | 15 | 0,63% |
Meervoudig-verstandelijk | 302 | 136 | 212 | 88 | 127 | 865 | 36,33% |
Eindtotaal | 810 | 343 | 665 | 217 | 346 | 2.381 | 100,00% |
% | 34,02% | 14,41% | 27,93% | 9,11% | 14,53% | 100,00% |
(Bron: INSISTO)
Onderstaande tabel geeft voor de wachtenden op NRTJ hulp in een voorziening de gemiddelde wachttijd weer. De duurtijd wordt berekend tussen de datum dat de jongere voor een bepaalde typemodule op de wachtlijst van een voorziening komt en de momentopname op 31 december 2017.
De wachttijd verschilt naargelang het soort hulp waar men op wacht. De wachtenden op CKG en op GES+ aanbod verdienen extra aandacht. Bekijk de regionale cijfers voor meer details.
Tabel: Wachttijd wachtenden NRTJ voorzieningen
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren – dagen)
Unieke kinderen en jongeren | Dagen | |||||
---|---|---|---|---|---|---|
0-3 maand | 4-6 maand | 7-9 maand | 9-12 maand | > 1 jaar | Gemiddelde doorlooptijd | |
BJB | 29,26% | 20,95% | 16,47% | 12,58% | 33,32% | 340 |
K&G | 28,13% | 22,92% | 13,02% | 8,33% | 29,69% | 308 |
OND | 34,43% | 16,39% | 22,95% | 11,48% | 16,39% | 269 |
VAPH | 16,97% | 14,62% | 12,60% | 9,53% | 53,88% | 425 |
Totaal* | 24,12% | 18,62% | 15,10% | 11,49% | 43,16% | 391 |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%. In 2017 werd een andere berekeningswijze gebruikt. Bekijk de aangepaste cijfers van 2016.
Eerdere cijfers tonen het aantal kinderen en jongeren die op hulp wachten binnen een voorziening (n=5.273). Onderstaande tabel toont of een kind of jongere in zijn traject (in INSISTO) op 31 december 2017:
- al ooit NRTJ heeft gekregen (n=794; 15,1%);
- momenteel NRTJ krijgt (n=1.361; 25,8%);
- momenteel geen NRTJ krijgt en nooit eerder NRTJ heeft gekregen (n=3.118; 59,1%). Een deel van hen krijgt mogelijk al hulp binnen de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp.
Sector verwijst naar de sector van de hulp waarop de minderjarige wacht. Een kind of jongere die op JWZ hulp wacht maar al hulp krijgt, krijgt daarom niet noodzakelijk deze hulp binnen die sector. Daarnaast kan één minderjarige op typemodules binnen verschillende sectoren wachten. Het totaal aantal wachtenden is dus geen optelsom van de verschillende sectoren. Bekijk de regionale cijfers voor meer details.
Tabel: Aantal wachtenden die NRTJ krijgen
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Hulp lopend | Ooit hulp gekregen | Wachtend | Totaal | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Sector | Aantal | %* | Aantal | %* | Aantal | %* | Aantal | %* |
BJB | 872 | 30,00% | 556 | 19,20% | 1.474 | 50,80% | 2.902 | 100,00% |
KG | 48 | 25,00% | 41 | 21,40% | 103 | 53,60% | 192 | 100,00% |
OND | 17 | 27,90% | 12 | 19,70% | 32 | 52,50% | 61 | 100,00% |
VAPH | 517 | 21,70% | 255 | 10,70% | 1.609 | 67,60% | 2.381 | 100,00% |
Totaal | 1.361 | 25,80% | 794 | 15,10% | 3.118 | 59,10% | 5.273 | 100,00% |
(Bron: INSISTO)
* Door het werken met unieke aantallen per categorie, is het totaal niet gelijk aan de som van de aparte categorieën en zijn de percentages opgeteld niet 100%.
Persoonsvolgende assistentie voor minderjarigen met een handicap
Op 31 december 2017 wachten 1.533 kinderen en jongeren (1.265 minderjarigen en 268 meerderjarigen) op een persoonlijke-assistentiebudget (PAB). Het aantal wachtenden neemt toe met 12,1% (n=166), vooral in de groep meerderjarigen. Dat kan verklaard worden door een verhoogde aandacht voor een persoonlijke-assistentiebudget. In het uitbreidingsbeleid van 2018 wordt de leeftijd van jongeren aan wie een persoonlijke-assistentiebudget kan worden toegekend, opgetrokken naar 22 jaar. Hierdoor activeren in 2017 een aantal jongeren hun hulpvraag opnieuw, wat leidt tot een toename van het aantal meerderjarigen die op hulp wachten.
Tabel: Wachtenden PAB naar leeftijd
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Leeftijd | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
0-5 | 6-11 | 12-17 | <18 | 18-21 | plus 21 | >18 | Totaal | % | |
Antwerpen | 26 | 143 | 174 | 343 | 79 | 1 | 80 | 423 | 27,60% |
Limburg | 32 | 156 | 139 | 327 | 66 | 0 | 66 | 393 | 25,60% |
Oost-Vlaanderen | 28 | 119 | 138 | 285 | 64 | 0 | 64 | 349 | 22,80% |
Vlaams-Brabant & Brussel | 13 | 82 | 83 | 178 | 34 | 0 | 34 | 212 | 13,80% |
West-Vlaanderen | 22 | 60 | 50 | 132 | 24 | 0 | 24 | 156 | 10,20% |
Totaal | 121 | 560 | 584 | 1.265 | 267 | 1 | 268 | 1.533 | 100,00% |
% | 7,89% | 36,53% | 38,10% | 82,52% | 17,42% | 0,07% | 17,48% | 100,00% |
(Bron: INSISTO)
Onderstaande tabel geeft het aantal wachtenden op PAB naar doelgroep. Voor 1 wachtende zijn er geen gegevens over de combinatie van handicapcodes. Voor meer details, bekijk de regionale cijfers.
Tabel: Wachtenden PAB naar combinatie van handicap
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant & Brussel | West-Vlaanderen | Totaal | % | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Enkelvoudig-fysiek | 39 | 52 | 32 | 20 | 13 | 156 | 12,33% |
Enkelvoudig-verstandelijk | 73 | 73 | 50 | 37 | 22 | 255 | 20,16% |
meervoudig-combinatie | 143 | 123 | 119 | 77 | 62 | 524 | 41,42% |
Meervoudig-fysiek | 19 | 17 | 16 | 6 | 13 | 71 | 5,61% |
Meervoudig-verstandelijk | 69 | 62 | 68 | 38 | 22 | 259 | 20,47% |
Totaal | 343 | 327 | 285 | 178 | 132 | 1265 | 100,00% |
% | 27,11% | 25,85% | 22,53% | 14,07% | 10,43% | 100,00% |
(Bron: INSISTO)
Onderstaande tabel geeft voor de wachtenden op een persoonsvolgende-assistentiebudget voor minderjarigen met een handicap de gemiddelde wachttijd weer. De duurtijd wordt berekend tussen de datum dat de typemodule in regie wordt genomen (het recht op de hulp ingezet wordt) en de momentopname op 31 december 2017.
Van alle kinderen en jongeren die op 31 december 2017 wachten op een PAB, bedraagt de wachttijd gemiddeld 1.519 dagen.
Tabel: Wachttijd wachtenden PAB
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren – dagen)
Spreiding wachttijd | Gemiddelde wachttijd | |||||
---|---|---|---|---|---|---|
≥ 3 jaar | ≥ 2 jaar | ≥ 1 jaar | 0-1 jaar | Totaal | Totaal | |
Antwerpen | 131 | 76 | 65 | 77 | 343 | 1.315 |
Limburg | 171 | 37 | 57 | 62 | 327 | 1.725 |
Oost-Vlaanderen | 149 | 54 | 31 | 54 | 285 | 1.741 |
Vlaams-Brabant & Brussel | 82 | 38 | 19 | 43 | 178 | 1.405 |
West-Vlaanderen | 41 | 43 | 24 | 25 | 132 | 1.239 |
Totaal | 574 | 248 | 196 | 261 | 1.265 | 1.519 |
(Bron: INSISTO)
Onderstaande tabel toont of een kind of jongere die wacht op PAB in zijn traject (in INSISTO) op 31 december 2017:
- NRTJ krijgt (n=350, 22,8%);
- ooit NRTJ heeft gekregen (n=116; 6,4%);
- geen NRTJ krijgt en nooit eerder NRTJ heeft gekregen (n=1.067; 69,6%). Een deel van hen krijgt mogelijk al hulp binnen de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp.
Tabel: Aantal wachtenden die NRTJ krijgen
(teleenheid: unieke kinderen en jongeren)
Hulp lopend | Ooit hulp gekregen | Wachtend | Totaal | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Aantal | % | Aantal | % | Aantal | % | Aantal | % | |
Antwerpen | 112 | 26,50% | 34 | 8,00% | 277 | 65,50% | 423 | 100,00% |
Limburg | 78 | 19,80% | 18 | 4,60% | 297 | 75,60% | 393 | 100,00% |
Oost-Vlaanderen | 75 | 21,50% | 40 | 11,50% | 234 | 67,00% | 349 | 100,00% |
Vlaams-Brabant & Brussel | 48 | 22,60% | 14 | 6,60% | 150 | 70,80% | 212 | 100,00% |
West-Vlaanderen | 37 | 23,70% | 10 | 6,40% | 109 | 69,90% | 156 | 100,00% |
Totaal | 350 | 22,80% | 116 | 7,60% | 1.067 | 69,60% | 1.533 | 100,00% |
(Bron: INSISTO)
Persoonsvolgende convenanten
Een persoonsvolgende convenant is een persoonsvolgend budget dat een geïndividualiseerd aanbod toelaat op maat van een minderjarige of jongvolwassene met een handicap. In 2017 is geen extra budget voorzien hiervoor: er dus een status quo t.o.v. 2015 en 2016. In 2017 organiseren in totaal 52 kinderen en jongeren hun hulpverlening via een persoonsvolgende convenant (7 kortlopend en 45 langlopend).
Tabel: Toegekende persoonsvolgende convenanten
(teleenheid: persoonsvolgende convenanten)
Antwerpen* | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant | West-Vlaanderen | Totaal | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
kortlopend | langlopend | kortlopend | langlopend | kortlopend | langlopend | kortlopend | langlopend | kortlopend | langlopend | kortlopend | langlopend | |
Schoolaanvullende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] + verblijf voor minderjarigen met een handicap | 0 | 14 | 1 | 5 | 0 | 6 | 3 | 5 | 0 | 4 | 4 | 34 |
Schoolvervangende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] + verblijf voor minderjarigen met een handicap | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 3 | 0 | 0 | 0 | 3 |
Schoolaanvullende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1 |
Schoolvervangende dagopvang voor minderjarigen met een handicap [hoge frequentie] | 0 | 4 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1 | 3 | 1 | 0 | 2 | 7 |
Mobiele en/of ambulante begeleiding | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1 | 0 | 0 | 0 | 1 | 0 |
Convenant niet opgestart op 31/12/2017 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 0 | 18 | 1 | 5 | 0 | 7 | 5 | 11 | 1 | 4 | 7 | 45 |
(Bron: Intersectorale toegangspoort)
* In Antwerpen wordt geen onderscheid gemaakt tussen internaat schoolgaanden en internaat niet-schoolgaanden.
Intersectoraal prioritair te bemiddelen hulpvragen
Met de middelen voor intersectoraal prioritair te bemiddelen hulpvragen (IPH) kunnen jeugdhulpaanbieders een geïndividualiseerd aanvullend aanbod realiseren voor kinderen en jongeren met complexe hulpvragen. In 2017 is dit het geval voor 185 minderjarigen. Dat is ongeveer 1/5 meer dan in 2016 ( n=153; +20,9%) en bijna een verdubbeling t.o.v. 2015 ( n=95; +94,7%).
Voor elke minderjarige wordt voor een bepaalde periode een zorgplan opgemaakt. Indien nodig kan de inzet van de middelen verlengd worden met een nieuw zorgplan. In iets minder dan twee derde van de zorgplannen gaan de IPH-middelen naar een VAPH-voorziening.
Tabel: Intersectoraal prioritair te bemiddelen hulpvragen
(teleenheid: zorgplannen –kinderen en jongeren)
Antwerpen | Limburg | Oost-Vlaanderen | Vlaams-Brabant | West-Vlaanderen | Totaal | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ander | VAPH | Totaal | Ander | VAPH | Totaal | Ander | VAPH | Totaal | Ander | VAPH | Totaal | Ander | VAPH | totaal | Ander | VAPH | Totaal | |
Totaal aantal zorgplannen in 2017 | 25 | 49 | 74 | 11 | 10 | 21 | 18 | 22 | 40 | 2 | 20 | 22 | 19 | 25 | 44 | 75 | 126 | 201 |
Aantal unieke minderjarigen | 68 | 21 | 34 | 22 | 40 | 185 |
(Bron: Intersectorale toegangspoort)
Intersectorale zorgnetwerken
De intersectorale zorgnetwerken zijn netwerken van jeugdhulpaanbieders die een kwaliteitslabel hebben om een sterk geïndividualiseerd aanbod te ontwikkelen voor kinderen en jongeren met een handicap en een complexe hulpvraag. Het netwerk krijgt hiervoor 75.000 euro per jongere.
Op 31 december 2017 zijn 23 jongeren toegewezen aan één van de drie zorgnetwerken. Voor extra gegevens, bekijk de rapportage over de werking van de intersectorale zorgnetwerken in 2017.
Tabel: Aantal jongeren per intersectoraal zorgnetwerk
(teleenheid: aantal unieke jongeren)
Aantal verlengingen 2016 | Aantal nieuwe dossiers | Totaal aantal dossiers | |
---|---|---|---|
Antwerpen | 4 | 3 | 8 |
Limburg/Vlaams-Brabant en Brussel | 6 | 2 | 8 |
West-en Oost-Vlaanderen | 6 | 2 | 8 |
Totaal | 16 | 7 | 24 |
(Bron: Intersectorale toegangspoort)
Wenst u graag het volledige hoofdstuk te downloaden?